Het Fuchsia-elfje

Er was eens een klein kaboutermeisje dat de hele dag niets anders deed dan poetsen, boenen, vegen, wassen, koken, zemen en nog veel meer. Je zou bijna denken dat ze al die karweitjes leuk vond, maar nee hoor, ze vond ze helemaal niet leuk. Maar ze moest wel, want haar luie broertjes en zusjes deden niets. Alles moest het kleine kaboutermeisje alleen doen. Ook vandaag, en vanavond was nog wel het zomerbal. Alle kabouters, alle dwergen en alle bloemenelfen kwamen en er werd gefeest en gedanst tot het heel laat was.
"Ga jij ook naar het bal?" vroegen de twee kabouterzusjes een beetje vals. "Nee, ik heb geen baljurk", fluisterde het kaboutermeisje droevig. "Dat dachten we al. Maar wij gaan wel, want wij hebben een baljurk gemaakt. De jurk is van echte zijde, de stola van het fijnste spinrag en het diadeem van echte edelstenen." Lachend verdwenen ze om zich te verkleden.
Ik lijk Assepoester wel, dacht het kleine kaboutermeisje en een beetje boos pakte ze de bezem om het straatje voor het huisje schoon te vegen. Plotseling hoorde ze iemand 'pst, pst' roepen. Verbaasd keek ze om zich heen, maar zag niemand. "Hierboven zit ik, kijk maar omhoog", hoorde ze iemand roepen. Met grote ogen keek ze naar boven en zag een kleine kabouter op de steel van het blauwe klokje zitten. "Wie ben jij?" wilde het kaboutermeisje weten. "Ik ben een wenskabouter en je mag een wens doen, omdat je zo'n lief kaboutermeisje bent." "Wat leuk. Als ik een wens mag doen, zou ik ook graag op het bal willen dansen. Niet als kabouter, maar als een sierlijk bloemenelfje. En de mooiste baljurk wil ik dan dragen, de allermooiste."
"Je maakt het me wel moeilijk, maar ik doe mijn best. Sluifje ogen maar", zei de wenskabouter en mompelde een paar geheimzinnige woorden. Plotseling was er een flits en in plaats van het kleine kaboutermeisje stond daar een sierlijk bloemenelfje. "Je bent het fuchsia-elfje", zei de wenskabouter lachend en verdween even plotseling als hij gekomen was.
Daar spreidde het fuchsia-elfje haar vleugels en blij vloog ze naar het feest. Natuurlijk was zij het mooist van iedereen en kon ze ook het mooiste dansen. Sindsdien danst het fuchsia-elfje in elke tuin en op elk balkon.